Hoewel hij geen typische veldloper is, en zijn toekomst eerder bij het baanwerk ligt, is Joris Debraekeleer in de cross bij de masters niet uit de eerste vier weg te slaan. Dat bewees hij zondag andermaal in de VAC-cross in het Drie-Fonteindomein in Vilvoorde.
Dinsdag 1 februari 2022 om 11:50
“Ik had geen al te beste start”, erkende de poulain van Marc Gyselinck van het Zoniën Athletics Team uit Overijse. “Mijn benen wogen zwaar na een zware trainingsweek in het vooruitzicht van het BK indoor van volgend weekeinde, waar ik als enige veertiger de 800 én de 1500m zal lopen. Op een bepaald ogenblik was is slechts vijfde master. Naarmate de wedstrijd vorderde begon ik aan een inhaalmanoeuvre dat uiteindelijk resulteerde in de tweede plaats op amper 4 seconden van Pieter Vermont.”
Joris Debraekeleer liep ook het PK veldlopen in Gooik, daags nadat hij een indoorcompetitie over 800m had afgewerkt in Gent.
“Vorige zomer bracht ik mijn persoonlijk record over die afstand op 2.00.61. Maar een 800 binnen is niet zoals een 800m buiten. De jongeren laten je in de eerste ronden niet passeren. Als je ze wil voorbijlopen, dan versnellen ze aan de binnenkant van de piste. De rechte stukken waar je ze zou kunnen voorbijsteken zijn bovendien te kort. In de 3.000m lukt dat wel. Ik heb een betere chrono (8.51) achter mijn naam staan dan vorige zomer toen ik mijn record op 8.56 bracht. Indoorlopen vind ik trouwens plezant. Het gaat goed vooruit op zo’n korte baan.”
Maar terug naar Gooik, waar de deelnemers aan het PK een moeilijke opdracht kregen. “Ik was goed in de opwarming en in de start”, vertelt de 41-jarige leraar Latijn uit Hoeilaart. “Maar al gauw werd ik gewaar dat dit niets voor mij is. Ik kwam in diepe modderstroken terecht, waar je veel kracht moest gebruiken om er uit te geraken. In de modder moest ik meer druk leggen op mijn dijen. Maar ik beet op mijn tanden en werd nog tweede achter Vermont. Bij Sparta Vilvoorde in november werd ik derde in de rug van Pieter Vermont. Ik liep ook al driemaal in Wallonië: in Genval werd ik vierde, in Châtelineau werd ik tweede en in Sint-Lambrechts-Woluwe kon ik winnen.” (EG)